Route des vins in eigen land

Een route des vins… dat klinkt toch heel erg naar zonnig Frankrijk en vakantie? Maar, ha, dat kan nu gewoon in eigen land! Zelfs een wijn marathon kun je lopen in Nederland, al zal dat misschien niet ieders ambitie zijn.

Het viel mij afgelopen zomer op dat wijn uit Zuid-Limburg op steeds meer plekken verkrijgbaar is en dat er écht lekkere wijnen bij zitten. De wijn van De Apostelhoeve kende ik al langer, maar van Sint Martinus, Fromberg en Holset had ik nog niet eerder gehoord. Om de Limburgse wijnen op de kaart te zetten, is er een stichting voor de promotie van Limburgse wijn, die verschillende wijnwandelingen heeft opgezet: de ‘Routes des Vins’.

De Routes des Vins zijn wandelingen van 10 tot 12 kilometer door het heuvellandschap, langs verschillende wijngaarden. Het lopen van één van de routes, gecombineerd met een etentje in wijnrestaurant Mes Amis in Maastricht, leken mij prima ingrediënten voor een vriendinnenweekend in het zuiden. Vanuit ons huisje in Bemelen natuurlijk.

Met een vriendin stapte ik in de auto, reed vanuit Bemelen zo’n 20 minuten, parkeerde bij de kerk van Wahlwiller en startte met de 10 kilometer route rondom Wahlwiller en Eys. De route slingert door het heuvelland, gaat omhoog en omlaag met prachtige uitzichten én komt dus langs vijf wijngaarden. Het weekend dat wij deze wandeling deden, stond toevallig ook de Limburg wijnmarathon gepland. Voor de lopers die al waren gefinisht en een hele of halve marathon of 10 kilometer hadden afgelegd, stonden glaasjes wijn klaar.

Op deze wijnroute kom je langs vijf wijndomeinen en bij sommige daarvan kun je een proeverij boeken. Wij hadden dat niet van tevoren geboekt en deden het anders: we lasten een stop in op het terras van ‘Bie de tantes’ in Eys om een glas Limburgse wijn te drinken. En verderop, bij de Eyserhalte, een winkel met allemaal mooie lokale producten, kochten we nog een flesje Limburgse wijn.

Dan hadden we ook nog de reservering bij wijnrestaurant Mes Amis in het verschiet. Dat vooruitzicht was aan het einde van de wandeling welkom. Hoewel ik 10 kilometer stijgen en dalen natuurlijk héél prima red (ha-ha), was mijn vriendin de laatste kilometer wel klaar met de heuvels, hoé mooi ook.

Tips voor wijn- en wandelliefhebbers:

  • De Route des vins Wahlwiller-Eys is de eerste wijnroute die is vastgelegd. Hierna zijn er nog 7 uitgezet. Je vindt ze allemaal op de website van Visit Zuid-Limburg.
  • Green Resorts in Bemelen is een goede uitvalsbasis voor de verschillende wandelingen; zeker als je er twee in een weekend wil doen, zit je hier centraal.
  • Er zijn ook verschillende fietsroutes langs de wijndomeinen, kijk daarvoor hier.
  • Wil je de wijnen proeven bij de wijngaard? Reis dan af naar het zuiden tijdens de jaarlijkse Limburgse wijnweek in september. Dan openen verschillende wijngaarden de poort.
  • Bij Martinus kun je een wijnproeverij boeken via wijngaardmartinus.nl
  • Bij Fromberg boek je een rondleiding of proef je de wijnen met een borrelplankje op het terras of in de wijn-gasterij.
  • Bij onder meer de Apostelhoeve en Hoeve Nekum kun je een rondleiding en wijnproeverij boeken met een groep.
  • Bij Thiessen Wijnkopers in Maastricht, of bij Vino Vido Vici in Valkenburg kun je een wijnproeverij boeken. Bij je boeking op Resort Mooi Bemelen kun je de wijnproeverij bij Vino Vidi Vici voor een vriendelijke prijs gelijk aan je boeking toevoegen!
  • Bij de Eyserhalte in Eys zijn Limburgse wijnen te koop en heel veel andere lokale delicatessen.

Wandeling met borrel in de berghut

Het dorpje Vijlen staat in mijn geheugen gegrift als locatie van de familiediners met kerst. Jarenlang vonden die namelijk plaats bij de Vijlerhof, een ouderwets familiehotel waar wij, met alle ooms, tantes, neven en nichten en oma aan de kop van de tafel, aan de kerstdis zaten. Ik kan mij niet alleen die etentjes, maar ook de heen- en terugrit over de donkere heuvels goed herinneren. Wat ons nu weer naar Vijlen trekt, is de nieuwsgierigheid naar boscafé Het Hijgend Hert: ‘de enige berghut van Nederland’. Hoe aanlokkelijk klinkt dat?!

Klimmen en dalen in het Vijlenerbos

Wij blijken niet de enige die naar Het Hijgend Hert willen. Honderden meters voor de parkeerplaats van het boscafé staan er al auto’s geparkeerd langs de kant van de weg. Een vrij duidelijk voorteken van het bomvolle terras dat we op een mooie herfstmiddag aantreffen. Dan éérst maar wandelen door het Vijlenerbos. Helemaal geen straf. Er lopen verschillende routes door het bos en langs de bosrand. Aan de rand van het bos heb je meteen dat mooie uitzicht over het heuvellandschap. En ook in het bos dalen en stijgen de paden.

Leuk om de kinderen te vertellen, is dat de huizen die we in de verte zien in Duitsland staan. Of is het België? We zitten hier vlak bij het Drielandenpunt en en onze mobiele telefoons pikken het Belgische netwerk al op. Piep piep: ‘Welkom in België’.

Bosbier met bruin fruit

Na de wandeling doen we een tweede poging om een plekje te krijgen bij Het Hijgend Hert. Het terras blijkt veel groter dan gedacht dus dat lukt gemakkelijk. En de bediening is blijkbaar gewend aan de drukte en werkt als een geoliede machine. Twee keer met onze ogen knipperen, en de lokaal gebrouwen Hert biertjes met ‘bruin fruit’ (bittergarnituur :-)) staan op tafel. Die biertjes kun je ook ter plekke kopen om mee naar huis te nemen! Voor de rustieke sfeer van dit café – inderdaad, denk berghut -, het mooie uitzicht  en de biertjes komen wij hier zeker nog een keer. In plaats van het kerstdiner, wordt Vijlen denk ik de plek voor een nieuwe traditie van de herfstborrel. Enige minpunt is dat Yurry of ik de terugrit van een half uur door het heuvellandschap nu zelf moeten rijden, in plaats van op de achterbank weg te kunnen doezelen.


Onze aanraders:
  • Wil je binnen zitten bij Het Hijgend Hert? Maak dan op tijd een reservering want het is hier altijd druk!
  • Neem zeker een sixpack Hertbiertjes mee van Het Hijgend Hert. Bruin, blond, allebei écht de moeite waard :-).
  • De Vijlenerberg kroegjesroutes zijn wandelingen van het ene naar het andere kroegje in de omgeving van Vijlen.

Zwijntjes aaien in Groeve Blom

Mijn zus kent zo’n beetje alle wandelroutes in de wijde omgeving van Bemelen en nam ons mee op een wandeling door Groeve Blom. Best een stukje lopen voor de kinderen, maar de zwijntjes en geiten waar ze gewoon tussendoor kunnen lopen, maken alles goed.

Zelf vind ik vooral de steile afdaling door de groeve heel bijzonder. Dan lijkt het toch echt alsof je ergens in het buitenland wandelt?! Als je de groeve uitloopt en door de weides onderlangs de kerktoren van Berg loopt, voelt het dan weer op-en-top Limburgs.

Maar even naar het begin: om deze route van circa 6,5 kilometer te starten, loop je aan de achterkant van Resort Mooi Bemelen het park af. Je gaat rechtsaf het pad op, steekt de verharde weg (‘Franse steeg’) over en vervolgt de route over het pad waarbij je na een tijdje uitkomt op een rustige verharde weg, de Achteromsweg. Na zo’n 700 meter buigt de weg naar links. Vervolg deze verharde weg tot aan de t-splitsing. Daar sla je linksaf. Blijf de weg volgen totdat je in het dorp Berg uitkomt. Hier loop je rechts de Lindenstraat in. Na een meter of 70 sla je linksaf om de groeve in te gaan.

Klimgeiten en werkzwijnen

In de groeve daal je af langs de steile mergelhellingen. Goede kans dat je op de richels van de helling de eerste geiten al aantreft. Vroeger werd hier zand, kiezel en mergel gewonnen. De exploitant, de heer Blom, ontwikkelde de groeve tot natuurgebied toen de mergelwinning stopte. Het beheer van het natuurgebied is nu in handen van Het Limburgs Landschap, die een paar pagina’s vol heeft geschreven over de flora en fauna in Groeve Blom. Daarin lees ik dat de lieve zwijntjes die we ontmoeten, er niet voor niets lopen. Zij hebben hier werk te doen: met hun gewroet leveren zij een bijdrage aan de ontwikkeling van het natuurgebied door de grond om te woelen. Mooi… maar dus vooral ook heel geschikt om te aaien!

Als we zijn uit geknuffeld en de groeve verlaten door het draaihekje, steken we de weg over en slaan direct rechtsaf het weiland in. Daar volgen we het pad. Na weer een draaihekje gaan we rechtdoor op een kruising van wandelpaden. Bij de volgende kruising gaan we naar links en wandelen de helling op. We komen uit op de Lindenstraat en slaan rechtsaf. We passeren de Bonte Haan met zijn ‘boerenterras’ (of nemen daar even plaats, dat kan op zaterdagen en zondagen) en slaan snel weer linksaf om langs de velden (links aanhouden) terug te keren naar Resort Mooi Bemelen.

Onze favoriete dag in Maastricht – stadswandeling

Vanuit Bemelen rijden we in tien minuten naar ‘de stad’, Maastricht dus. Onze favoriete dag in de stad begint met een ontbijt of brunch bij Mama. Vooral favoriet bij de kinderen vanwege de ligging: op de Groene Loper naast de ‘KlimRex’, én vanwege de American pancakes op het menu.

Vanuit Mama lopen we de stad in door het gezellige Wijck, of we parkeren de auto bij de parking Centre Ceramique. Vanaf Plein 92 steken we de Maas over via de voetgangersbrug de ‘Hoeg Brögk’ en komen uit in het Stadspark van Maastricht. Als we dan linksaf slaan en het pad volgen, komen we bij de Helpoort (ca 1229), Nederland’s oudste nog bestaande stadspoort in de middeleeuwse stadsmuur. Ertegenover ligt het Pesthuys. Als klein kind kon ik me helemaal voorstellen hoe vroeger de stadsbewoners die leden aan de pest hier moesten verblijven; buiten de stadsmuren en daarmee op veilige afstand. Het blijkt echter dat dit gebouw nooit echt als pesthuis heeft gediend, maar de naam heeft gekregen vanwege de barakken voor pestlijders die dichtbij lagen.

Gruwelverhalen

Iets verderop zie je het Pater Vinck torentje en de ‘Vief köp’, ook al een plek die ik vroeger heel spannend vond vanwege het gruwelverhaal dat eraan vastzit. In 1638 werden hier 5 ‘verraders’ onthoofd en hun hoofden op houten staken op de stadsmuur gespiest. Eén van hen was Pater Vinck, die samen met andere katholieken heulde met de Spaanse ‘vijand’. Zij hadden meegewerkt aan het geheime plan om enkele Spanjaarden de stad binnen te smokkelen. De Spanjaarden zouden ’s nachts de poorten openzetten voor de Spaanse ruiterij, die de stad zo weer wilde overmeesteren. Het plan mislukte en twintig samenzweerders werden opgepakt, gemarteld, en negen van hen vervolgens gedood.

Van de bloederige geschiedenis naar het hier en nu. Anno 2021 is dit een pittoreske plek waar je op het fijne terras van D’n Hiemel kunt zonnebaden. Laten we maar denken dat ook Pater Vinck vanuit d’n Hiemel met een lekker drankje op ons neerkijkt. Loop je een stukje door dan volgt er nog een goed terras, van Café Sjiek, beroemd om het lekkere zoervleis dat je hier kunt eten.

Bij Café Sjiek slaan we rechts de Pieterstraat in en vervolgens weer linksaf het Lang Grachtje in. We komen uit op de Grote Looiersstraat, vroeger het hart van het leerlooiersgilde. De leerlooiers gebruikten het water van de Jeker om het leer te reinigen en dumpten het gebruikte water ook weer in het riviertje, wat ervoor zorgde dat met name in zomermaanden de stankoverlast enorm was. We slaan aan het einde rechtsaf de Looiersgracht in, waar we na een tijdje een lief bronzen ezeltje zien staan, op de Ezelenmarkt.

Zaate Hermenie en terrasjes

We lopen een stukje door en slaan rechtsaf bij Café de Tribunal om een klein stukje verderop de straat over te steken en linksaf te slaan, naar het Sint Servaasklooster. Aan onze rechterhand ligt een mooi pleintje met het standbeeld van Henric van Veldeke. Ken je hem nog van de Nederlandse literatuurlessen, de oudste bij naam bekende Nederlandse schrijver? We staan hier ook aan de voet van de Sint Janskerk met zijn rode toren. De bekende Servaasbasiliek ligt ernaast. We lopen tussen de kerken door en staan dan op het Vrijthof, waar het altijd een feest is om langs de beelden van de ‘zaate hermenie’ (blaaskapel die met carnaval over straat trekt) te lopen.

We steken het Vrijthof over (een terrasje pikken is natuurlijk altijd een optie) en lopen de Platielstraat in met leuke winkels, waaronder favoriet Dille & Kamille. In het straatje rechts na het Amorsplein ligt nog een leuke winkel: Festen. Als we daar geweest zijn, lopen we terug om de straat te vervolgen en door te lopen totdat we bijna aan de Maas zijn. We slaan rechtsaf om de Stokstraat in te gaan, weer zo’n mooie oude straat met prachtige ‘boetieks’. Aan de rechterkant zit het kleinste café van Nederland, In de Moriaan, met aan de achterzijde een gezellig terras met heerlijke lunch, borrelhappen en natuurlijk vlaai.

Komen we aan het einde van de Stokstraat, dan beginnen de kinderen te jubelen want daar ligt Luna Rossa met overheerlijk Italiaans ijs. Dat eten we op naast Pieke en zijn hond Maoke, die rechtstreeks uit een Maastrichts boek over de rauwe jaren 30 in het Stokstraatkwartier gewandeld zijn. In tegenstelling tot de sjieke winkelstraat die het nu is, was het toen een armoedige arbeiderswijk waar grote gezinnen kleine huizen bewoonden. Pieke verkoopt een stuk zeep, dat hij volgens het verhaal voor zijn vader moet verkopen om diens caférekening te kunnen betalen. Arme Pieke… toen al een armetierig bestaan en nu kan hij slechts toekijken hoe de kinderen van de eenentwintigste eeuw zich tegoed doen aan ijsjes die omgerekend naar zijn tijd een weekloon kosten.

Ach ja, laten we dan ook maar genieten van het goede leven, dat lukt hier in optima forma!


De leukste plekken op deze route op een rij:
  • Restobar Mama op het Oranjeplein. Heerlijk terras, vooral met (kleine) kinderen.
  • Café Sjiek in de Sint Pieterstraat. Leuk om te eten maar wel altijd stervensdruk en niet te reserveren. Je moet dus geluk hebben.
  • Petit Café Moriaan in de Stokstraat. ‘Verborgen’ terrasje op een mooi en rustig plekje in de binnenstad.
  • Festen in de Minckelersstraat. Leuke cadeauwinkel.
  • Gelateria Luna Rossa. Lekker ijs, maar niet goedkoop.

VVV Maastricht heeft een stadswandeling voor gezinnen met jonge kinderen, Maoke en de Maastrichtse speurneuzen, die deels overeenkomt met bovenstaande route en leuke opdrachten en weetjes heeft